De invloed van de grote Hanshin aardbeving op de menselijke reactie op omgevingstrillingen door de Shinkansen
Een zware aardbeving met een kracht van 7.2 trof het westelijk deel van Japan op 17 januari 1995. Een deel van de Shinkansen-spoorlijn, een van de populairste hogesnelheidsmassavervoersystemen in Japan, werd ernstig beschadigd door de aardbeving. Ongeveer 80 dagen later werd de Shinkansen-dienst hervat, maar de klachten over trillingen ten gevolge van de passerende Shinkansen namen snel toe onder de bewoners in de buurt van de sporen. Dit document rapporteert de resultaten van twee onderzoeken die werden uitgevoerd in zowel getroffen als niet-getroffen gebieden om de oorzaak van de klachten vast te stellen. Bij het eerste onderzoek werd de voortplanting van de trillingen op de grond, veroorzaakt door passerende treinen, gemeten. In het tweede onderzoek werden vragenlijsten verspreid onder de mensen die in de buurt van de Shinkansen-sporen wonen. Het resultaat was dat de trillingsniveaus voor en na de aardbeving op de meeste gemeten punten in het getroffen gebied bijna gelijk waren. Er werd ook vastgesteld dat de trillingsniveaus in het getroffen gebied en een niet-getroffen gebied binnen 50 m van de Shinkansen-sporen bijna dezelfde waren. De resultaten van het vragenlijstonderzoek toonden echter aan dat de hinder die mensen ondervonden van de trillingen in het getroffen gebied duidelijk groter was dan die in het niet-geteisterde gebied. Deze tegenstrijdigheid werd verklaard aan de hand van de “categorie-oordeel-methode”, die over het algemeen wordt gebruikt om de relatie tussen een fysieke stimulus en een psychologische reactie te bepalen. Volgens de resultaten van deze analyse bedroeg het trillingsniveau, waarbij 50% van de inwoners klaagde over trillingen van de Shinkansen, ongeveer 54 dB in het niet-getroffen gebied en 50 dB in het getroffen gebied. Dit resultaat suggereert dat de mensen die de zware aardbeving meemaakten 4 dB gevoeliger werden voor de Shinkansen-trillingen dan de mensen die in een niet-getroffen gebied woonden, ondanks het feit dat dit onderzoek werd uitgevoerd 10 maanden nadat de aardbeving had plaatsgevonden.