Seksueel gedrag en seksuele activiteit
Het komt vaak voor dat mensen met hersenletsel een verandering in seksueel gedrag of seksuele activiteit vertonen.
Er zijn twee veel voorkomende soorten veranderingen: hyposeksualiteit en hyperseksualiteit.
Hyposeksualiteit
Uw dierbare kan interesse in seks verliezen, zich depressief voelen of emotionele labiliteit hebben (gemakkelijker huilen of overstuur raken of op de verkeerde momenten). Dit kan het gevolg zijn van seksuele disfunctie of lichamelijke veranderingen veroorzaakt door het hersenletsel.
De meest voorkomende vormen van seksuele disfunctie zijn:
- gebrek aan opwinding en orgasme
- erectiele disfunctie (ED of impotentie). Dit is het onvermogen om een erectie te krijgen of lang genoeg te houden voor geslachtsgemeenschap.
Bangheid voor lichamelijke veranderingen kan uw geliefde ervan weerhouden om intiem te zijn. Hij of zij kan zich angstig voelen over:
- hoe hij of zij eruit ziet
- veranderingen in zijn of haar relatie
- afwijzing
Het is belangrijk voor u om te weten hoe om te gaan met hyposeksualiteit.
- Praat openlijk met de zorgverlener van uw dierbare over de hyposeksualiteit van uw dierbare. Praat over alle vragen of zorgen die u hebt.
- Als uw dierbare ook uw seksuele partner is, kan het nuttig zijn om met een gediplomeerd gezins- of huwelijksadviseur te praten over eventuele zorgen die u hebt.
Hyperseksualiteit
Uw dierbare kan verhoogde seksuele gedachten, gevoelens of gedragingen hebben.
Hyperseksualiteit kan ongepast seksueel gedrag veroorzaken, zoals:
- het expliciet praten over seks
- het maken van beledigende of slechte seksuele opmerkingen of gebaren
- het aanraken van anderen
Het is belangrijk voor u om te weten hoe om te gaan met ongepast seksueel gedrag.
- Praat met het zorgteam van uw dierbare over wat te doen als er sprake is van ongepast seksueel gedrag. Veel voorkomende vragen zijn onder andere:
- Wat moet ik doen als hij of zij iemand op ongepaste wijze aanraakt?
- Hoe moet ik reageren als hij of zij seksueel begint te praten?
Praat open met de zorgverlener van uw dierbare over alle andere vragen of zorgen die u hebt.
- Praat met de zorgkring van uw dierbare over welke vormen van seksueel gedrag gepast zijn en welke niet.
- Als uw dierbare ook uw seksuele partner is, kan het nuttig zijn om met een gediplomeerd gezins- of huwelijksadviseur te praten over eventuele zorgen die u hebt.
- Bespreek met de zorgverlener van uw dierbare over de risico’s van seksueel overdraagbare infecties.