textiel: Soorten Textiel
Textiel wordt ingedeeld volgens de vezelsamenstelling in zijde, wol, linnen, katoen, synthetische vezels zoals rayon, nylon en polyesters, en sommige anorganische vezels, zoals doek van goud, glasvezel, en asbestdoek. Ze worden ook ingedeeld naar hun structuur of weving, volgens de manier waarop schering en inslag elkaar kruisen in het weefgetouw (zie weefgetouw; weven). De waarde of kwaliteit van textiel hangt af van verschillende factoren, zoals de kwaliteit van de gebruikte grondstof en het karakter van het garen dat uit de vezels wordt gesponnen, of het zuiver, glad, fijn of grof is en of het hard, zacht of middelmatig getwijnd is. De dichtheid van het weefsel en de afwerkingsprocédés zijn eveneens belangrijke elementen bij het bepalen van de kwaliteit van de weefsels.
Tapestry, soms geclassificeerd als borduurwerk, is een gewijzigde vorm van weven van effen stoffen. Het weven van tapijten en vloerkleden is een speciale tak van de textielindustrie. Andere speciaal vervaardigde weefsels, die niet geweven zijn, zijn vilt en schorsdoek (of tapa), die samen worden geklopt of gematteerd, en enkele waarin een enkele draad in een lus of vlecht wordt verwerkt, zoals bij haak- en netwerk en diverse veters. Het meeste textiel wordt nu in fabrieken gemaakt, met zeer gespecialiseerde aangedreven weefgetouwen, maar veel van het fijnste fluweel, brokaat, en tafellinnen wordt nog steeds met de hand gemaakt.
- Inleiding
- Soorten textiel
- Het drukken van textiel
- Geschiedenis
- Bibliografie