United States Vagrancy Laws
Samenvatting
Het misdrijf vagrancy heeft diepe historische wortels in de Amerikaanse wet en rechtscultuur. De landloperswetten, die hun oorsprong in het 16e-eeuwse Engeland vonden, kwamen met de kolonisten mee naar de Nieuwe Wereld en verspreidden zich al snel over de Britse koloniën en later ook de Verenigde Staten. De landloperijwetten namen talrijke vormen aan, maar over het algemeen werd het een misdaad om arm, lui, losbandig, onzedelijk, dronken, onzedelijk of verdacht te zijn. Landloperijwetten omvatten vaak een verbod op rondhangen – rondzwerven zonder duidelijk wettig doel – hoewel sommige jurisdicties rondhangen apart strafbaar stelden. De vaag geformuleerde wetten op landloperij, rondhangen en verdachte personen waren eerder gericht op verwerpelijke “misplaatste” personen dan op een bepaald gedrag. Zij dienden als een alomtegenwoordig instrument voor het handhaven van hiërarchie en orde in de Amerikaanse samenleving. De toepassing ervan veranderde met de waargenomen bedreigingen voor het sociale weefsel, en richtte zich op verschillende tijdstippen en plaatsen op werklozen, arbeidersactivisten, radicale redenaars, culturele en seksuele non-conformisten, raciale en religieuze minderheden, demonstranten voor burgerrechten, en de armen. Tegen het midden van de 20e eeuw vormden de landloperswetten de basis voor honderdduizenden arrestaties per jaar. Maar in de loop van slechts twee decennia raakte het misdrijf landloperij, dat vierhonderd jaar lang vrijwel onbetwist was geweest, uit zijn voegen. In de jaren zestig kwam het landloperijregime in een stroomversnelling terecht en in 1972 verklaarde het Hooggerechtshof van de Verenigde Staten de wetten ongeldig. Sindsdien hebben de plaatselijke autoriteiten gezocht naar alternatieven voor de vele functies die de landloperijwetten ooit vervulden.