(1887) Dawes Severalty Act
Be it enacted by the Senate and House of Representatives of the United States of America in Congress assembled, That in all cases where any tribe or band of Indians has been, or shall hereafter be, located upon any reservation created for their use, either by treaty stipulation or by virtue of an act of Congress or executive order setting apart the same for their use, is de President van de Verenigde Staten gemachtigd, en wordt hij hierbij gemachtigd, om, wanneer hij van mening is dat een reservaat of een deel daarvan van deze Indianen gunstig is voor landbouw- en graasdoeleinden, dit reservaat of een deel daarvan te laten inmeten, of indien nodig opnieuw te laten inmeten, en het land in dit reservaat in verschillende delen toe te wijzen aan elke Indiaan die zich daar bevindt, in hoeveelheden als volgt:
Aan ieder gezinshoofd, een kwart van een sectie;
Aan iedere alleenstaande ouder dan achttien jaar, een achtste van een sectie;
Aan ieder weeskind beneden de achttien jaar, een achtste van een sectie; en
Aan elke andere alleenstaande onder de achttien jaar die nu leeft, of die geboren kan worden voor de datum van de beschikking van de President die een toewijzing van de in een reservaat begrepen gronden regelt, een zestiende deel van een sectie: Op voorwaarde dat, in het geval dat er niet voldoende land is in een van de genoemde reservaten om land toe te wijzen aan elk individu van de hierboven genoemde klassen in hoeveelheden zoals hierboven bepaald, de landerijen die deel uitmaken van een dergelijk reservaat of reservaten zullen worden toegewezen aan elk individu van elk van de genoemde klassen pro rata in overeenstemming met de bepalingen van deze wet: En met dien verstande verder, dat wanneer het verdrag of de wet van het Congres, waarbij een dergelijk reservaat is ingesteld, voorziet in de toewijzing van land in gedeelten in grotere hoeveelheden dan hierin is bepaald, de President, bij het doen van toewijzingen op een dergelijk reservaat, de landerijen zal toewijzen aan elke individuele Indiaan die daar behoort, in hoeveelheden zoals gespecificeerd in een dergelijk verdrag of wet: En verder bepaald, dat wanneer de toegewezen gronden alleen waardevol zijn voor begrazingsdoeleinden, een aanvullende toewijzing van dergelijke begrazingsgronden, in hoeveelheden zoals hierboven bepaald, aan ieder individu zal worden gedaan.
§2. Dat alle verkavelingen, die krachtens de bepalingen van deze wet zijn aangewezen, door de Indianen zullen worden uitgekozen, waarbij de gezinshoofden voor hun minderjarige kinderen zullen kiezen, en de agenten voor ieder weeskind zullen kiezen, en wel op zodanige wijze, dat de verbeteringen van de Indianen, die de keuze maken, daarin worden opgenomen. Wanneer de verbeteringen van twee of meer Indianen zijn aangebracht op dezelfde wettelijke onderverdeling van land, kan, tenzij zij anders overeenkomen, een voorlopige lijn worden getrokken die genoemd land tussen hen verdeelt, en het bedrag waarop ieder recht heeft zal worden geëgaliseerd in de toewijzing van het restant van het land waarop zij krachtens deze wet recht hebben: Op voorwaarde dat, indien iemand die recht heeft op een verkaveling nalaat een keuze te maken binnen vier jaar nadat de President heeft bevolen dat verkavelingen kunnen worden gemaakt op een bepaald reservaat, de Secretaris van Binnenlandse Zaken de agent van die stam of band, als die er is, en als er geen agent is, dan een speciale agent die voor dat doel is aangesteld, kan opdragen een keuze te maken voor die Indiaan, welke keuze zal worden verkaveld zoals in gevallen waar de keuze wordt gemaakt door de Indianen, en patenten zullen worden uitgegeven op dezelfde manier.
§3. De in deze wet voorziene verkavelingen zullen worden uitgevoerd door speciale agenten, daartoe door de President aangesteld, en door de agenten, belast met de respectieve reservaten, waarop de verkavelingen zullen worden uitgevoerd, volgens de regels en voorschriften, welke de Secretaris van Binnenlandse Zaken van tijd tot tijd zal voorschrijven, en zullen door deze agenten worden gewaarmerkt aan de Commissaris van Indiaanse Zaken, in tweevoud, waarvan het ene exemplaar zal worden bewaard in het Indiaanse Bureau en het andere zal worden toegezonden aan de Secretaris van Binnenlandse Zaken voor zijn actie, en zal worden gedeponeerd in het Algemeen Landkantoor.
§4. Wanneer een Indiaan die niet op een reservaat woont, of voor wiens stam geen reservaat is voorzien door een verdrag, een besluit van het Congres of een uitvoeringsbesluit, zich vestigt op land van de Verenigde Staten dat al dan niet op kaart is gebracht en dat niet op andere wijze is toegewezen, heeft hij of zij, op aanvraag bij het plaatselijke landkantoor voor het district waarin het land zich bevindt, het recht op toewijzing aan hem of haar en aan zijn of haar kinderen, in hoeveelheden en op de wijze zoals in deze wet is bepaald voor Indiërs die op reservaten wonen; en wanneer een dergelijke nederzetting wordt gedaan op land waar geen landmeting heeft plaatsgevonden, zal de toekenning aan deze Indianen worden aangepast bij de landmeting van de landerijen zodat deze hiermee in overeenstemming is; en octrooien zullen aan hen worden uitgegeven voor dergelijke landerijen op de wijze en met de beperkingen zoals hierin voorzien. En de vergoedingen waarop de ambtenaren van dit plaatselijke landkantoor recht zouden hebben gehad, indien deze gronden zouden zijn betreden krachtens de algemene wetten voor de beschikking over de openbare gronden, zullen aan hen worden betaald uit gelden in de schatkist van de Verenigde Staten die niet anderszins zijn toegewezen, na een rekening namens hen voor deze vergoedingen door de Commissaris van het Algemeen Landkantoor, en een certificering van deze rekening aan de Secretaris van de Schatkist door de Secretaris van Binnenlandse Zaken.
§5. Dat na de goedkeuring van de toewijzingen voorzien in deze wet door de Secretaris van Binnenlandse Zaken, hij zal zorgen voor de uitgifte van patenten daarvoor in naam van de toegewezenen, welke patenten rechtsgeldig zullen zijn en zullen verklaren dat de Verenigde Staten het aldus toegewezen land voor de periode van vijfentwintig jaar zullen houden, in vertrouwen voor het enige gebruik en voordeel van de Indiaan aan wie deze toewijzing zal zijn gedaan, of, in geval van zijn overlijden, van zijn erfgenamen volgens de wetten van de staat of het territorium waar dit land zich bevindt, en dat de Verenigde Staten na afloop van deze periode dit land door middel van patent zullen overdragen aan deze Indiaan, of zijn erfgenamen zoals voornoemd, in eigendom, ontheven van dit vertrouwen en vrij van alle lasten of bezwaring van welke aard dan ook: Op voorwaarde dat de President van de Verenigde Staten in elk geval naar eigen goeddunken de periode kan verlengen. En indien enige overdracht zal worden gedaan van het land dat apart is gezet en toegewezen zoals hierin voorzien, of enig contract zal worden gemaakt met betrekking tot hetzelfde, vóór het verstrijken van de hierboven genoemde tijd, zal een dergelijke overdracht of een dergelijk contract absoluut nietig en ongeldig zijn: Op voorwaarde dat de wet van afstamming en verdeling die van kracht is in de Staat of het Gebied waar deze gronden gelegen zijn, daarop van toepassing zal zijn nadat de patenten daarvoor zijn uitgevoerd en afgeleverd, tenzij hierin anders is bepaald; en de wetten van de Staat Kansas die de afstamming en verdeling van onroerend goed regelen, zullen, voor zover uitvoerbaar, van toepassing zijn op alle gronden in het Indiaanse Gebied die in gedeelten kunnen worden toegewezen onder de bepalingen van deze wet: En verder bepaald, dat op elk moment nadat land is toegewezen aan alle Indianen van een stam zoals hierin voorzien, of eerder indien naar de mening van de President het beste is voor de belangen van die stam, het rechtmatig zal zijn voor de Secretaris van Binnenlandse Zaken om te onderhandelen met die Indiaanse stam voor de aankoop en vrijgave door die stam, in overeenstemming met het verdrag of statuut krachtens welke dat reservaat wordt gehouden, van die gedeelten van het reservaat die niet zijn toegewezen en die de stam van tijd tot tijd zal willen verkopen, op voorwaarden die als rechtvaardig en billijk zullen worden beschouwd tussen de Verenigde Staten en de stam van Indianen, welke aankoop niet voltooid zal zijn voordat deze door het Congres is bekrachtigd, en de vorm en wijze van uitvoering van deze vrijgave zal ook door het Congres worden voorgeschreven: Op voorwaarde evenwel,
Dat alle landbouwgronden, met of zonder irrigatie, aldus verkocht of vrijgegeven aan de Verenigde Staten door een Indiaanse stam, door de Verenigde Staten zullen worden gehouden met als enig doel het veiligstellen van woningen voor feitelijke kolonisten en door de Verenigde Staten aan feitelijke en bonafide kolonisten alleen zullen worden verkocht in stukken van niet meer dan honderdzestig acres aan één persoon, op de voorwaarden die het Congres zal voorschrijven, onder voorbehoud van subsidies die het Congres kan verlenen ter ondersteuning van het onderwijs: En verder bepaald, dat geen octrooien daarvoor zullen worden uitgegeven, behalve aan de persoon die dit als en voor een hofstede inneemt, of zijn erfgenamen, en na het verstrijken van vijf jaar bewoning als een dergelijke hofstede; en elke overdracht van genoemde gronden die aldus als hofstede in gebruik zijn genomen, of elk contract dat hierop betrekking heeft, of pandrecht daarop, dat voor de datum van een dergelijk octrooi is ontstaan, zal nietig en ongeldig zijn. En de bedragen die de Verenigde Staten zijn overeengekomen te betalen als koopsom voor enig deel van zulk een reservaat, zullen worden bewaard in de schatkist van de Verenigde Staten voor het uitsluitende gebruik van de stam of stammen van Indianen aan wie zulke reservaten toebehoorden; en dezelfde bedragen, met rente daarover van drie procent per jaar, zullen te allen tijde onderworpen zijn aan toewijzing door het Congres voor het onderwijs en de beschaving van zulk een stam of stammen van Indianen of de leden daarvan. De voornoemde patenten zullen worden geregistreerd in het General Land Office, en daarna kosteloos worden overhandigd aan de rechthebbende op de allot. En als een religieuze vereniging of andere organisatie nu een van de openbare gronden bezet waarop deze wet van toepassing is, voor religieus of educatief werk onder de Indianen, dan wordt de Secretaris van Binnenlandse Zaken hierbij gemachtigd om deze bezetting te bevestigen aan deze vereniging of organisatie, in een hoeveelheid van niet meer dan honderdzestig acres in een enkel stuk, zolang dit zo bezet zal zijn, op de voorwaarden die hij juist acht; maar niets hierin vervat zal enige aanspraak van deze vereniging voor religieuze of educatieve doeleinden, die eerder door de wet is toegekend, veranderen of wijzigen. En hierna in de tewerkstelling van Indiaanse politie, of andere werknemers in de openbare dienst bij een van de Indiaanse stammen of bands die onder deze wet vallen, en waar Indianen de vereiste taken kunnen uitvoeren, zullen die Indianen die gebruik hebben gemaakt van de bepalingen van deze wet en burgers van de Verenigde Staten zijn geworden, de voorkeur krijgen.
§6. Dat na de voltooiing van genoemde toewijzingen en de patentering van de gronden aan genoemde toegewezenen, elk lid van de respectieve stammen of stammen van Indianen aan wie de toewijzingen zijn gedaan, het voordeel zal hebben van en onderworpen zal zijn aan de wetten, zowel civiel- als strafrechtelijk, van de Staat of het Territorium waarin zij mogen verblijven; en geen enkel Territorium zal een wet aannemen of uitvoeren die een dergelijke Indiaan binnen zijn jurisdictie de gelijke bescherming van de wet ontzegt. En iedere Indiaan geboren binnen de territoriale grenzen van de Verenigde Staten aan wie toewijzingen zijn gedaan krachtens de bepalingen van deze wet, of krachtens enige wet of verdrag, en iedere Indiaan geboren binnen de territoriale grenzen van de Verenigde Staten die zich vrijwillig binnen genoemde grenzen heeft gevestigd, los van enige stam van Indianen aldaar, en de gewoonten van een beschaafd leven heeft aangenomen, wordt hierbij verklaard burger van de Verenigde Staten te zijn, en heeft recht op alle rechten, voorrechten en immuniteiten van dergelijke burgers, ongeacht of genoemde Indiaan al dan niet, door geboorte of anderszins, lid is geweest van een stam Indianen binnen de territoriale grenzen van de Verenigde Staten, zonder op enigerlei wijze afbreuk te doen aan het recht van een dergelijke Indiaan op stam- of ander eigendom.
§7. Dat in gevallen waar het gebruik van water voor irrigatie nodig is om de gronden binnen een Indiaans reservaat beschikbaar te maken voor landbouwdoeleinden, de Minister van Binnenlandse Zaken gemachtigd is, en hierbij gemachtigd wordt, om regels en voorschriften voor te schrijven die hij nodig acht om een rechtvaardige en gelijke verdeling daarvan te verzekeren onder de Indianen die in zulke reservaten wonen; en geen andere toe-eigening of toekenning van water door een oevereigenaar zal worden geautoriseerd of toegestaan tot schade van een andere oevereigenaar.
§8. Dat de bepaling van deze wet zich niet zal uitstrekken tot het gebied bezet door de Cherokees, Creeks, Choctaws, Chickasaws, Seminoles, en Osage, Miamies en Peorias, en Sacs en Foxes, in het Indian Territory, noch tot een van de reservaten van de Seneca Nation of New York Indians in de staat New York, noch tot die strook grondgebied in de staat Nebraska grenzend aan de Sioux Nation in het zuiden toegevoegd door executive order.
§9. Dat ten behoeve van het maken van de onderzoeken en heronderzoeken genoemd in sectie twee van deze wet, er, en hierbij wordt, uit enig geld in de schatkist dat niet anderszins is toegewezen, de som van honderdduizend dollar toegewezen, om naar evenredigheid te worden terugbetaald uit de opbrengst van de verkoop van dergelijk land als kan worden verworven van de Indianen onder de bepalingen van deze wet.
§10. Dat niets in deze wet zo zal worden uitgelegd dat het het recht en de macht van het Congres aantast om het recht van doorgang te verlenen door land dat aan een Indiaan, of een stam van Indianen, is toegekend voor spoorwegen of andere snelwegen, of telegraaflijnen, voor openbaar gebruik, of om dergelijk land voor openbaar gebruik te onteigenen, tegen betaling van een billijke vergoeding.
§11. Dat niets in deze wet zo mag worden uitgelegd dat het de verhuizing van de Zuidelijke Ute-indianen van hun huidige reservaat in het zuidwesten van Colorado naar een nieuw reservaat door en met instemming van een meerderheid van de volwassen mannelijke leden van genoemde stam voorkomt.