Als u anale kanker hebt
Vraag uw arts om aan de hand van deze foto te laten zien waar de kanker zit.
De anus
De anus is het uiteinde van het spijsverteringskanaal – het kanaal waar het voedsel doorheen gaat als het door het lichaam wordt gebruikt. Vaste afvalstoffen (poep) komen uit de anus.
Zijn er verschillende soorten anale kanker?
Er zijn veel soorten anale kanker. De meeste zijn zeldzaam. Uw arts kan u meer vertellen over het type dat u heeft.
De meest voorkomende vorm heet plaveiselcelkanker. Dit type tumor begint in de cellen die de binnenkant van de anus bekleden en zijn uitgegroeid tot in de diepere lagen van de anus.
Anale kanker wordt ook vaak in 2 groepen ingedeeld, afhankelijk van waar het in de anus begint – het anale kanaal of het perianale gebied. Ze worden soms verschillend behandeld.
Vragen aan de dokter
- Waarom denkt u dat ik anale kanker heb?
- Is er een kans dat ik geen kanker heb?
- Wilt u alstublieft opschrijven wat voor soort kanker u denkt dat ik zou kunnen hebben?
- Wat gaat er nu gebeuren?
Hoe weet de dokter dat ik anale kanker heb?
Sommige vormen van anale kanker veroorzaken helemaal geen symptomen. Maar symptomen van anale kanker kunnen zijn: veranderingen in je poep, bloedingen, jeuk en pijn of een knobbel bij de anale opening. De arts zal u vragen stellen over uw gezondheid en een lichamelijk onderzoek doen. De arts bekijkt ook je anus en kan een gehandschoende vinger in je anus steken om te controleren of er knobbels zitten. (Dit wordt een rectaal onderzoek genoemd. Het rectum is het deel van de dikke darm dat in verbinding staat met de anus.)
Als er tekenen zijn die wijzen op anale kanker, worden er meer onderzoeken gedaan. Dit zijn enkele van de onderzoeken die u mogelijk nodig hebt:
Anoscopie: Bij dit onderzoek wordt een holle stevige buis van ongeveer 3 tot 4 centimeter lang (een anoscoop genoemd) bedekt met een gel en voorzichtig in de anus gebracht. Met behulp van een lampje aan het uiteinde van deze buis kan de arts de binnenkant van het onderste rectum en de anus bekijken. Er kan een weefselmonster (een biopsie) worden genomen dat in het laboratorium wordt onderzocht. U moet wakker zijn voor dit onderzoek, maar het zou geen pijn moeten doen.
Endoscopie: Voor dit onderzoek wordt een flexibele (niet stevige) buis met een kleine videocamera en licht aan het uiteinde (een endoscoop genoemd) in de anus, het rectum en soms de hele dikke darm gebracht om naar binnen te kijken. Deze flexibele slang is veel langer dan de anoscoop en kan worden gebruikt om na te gaan of een symptoom van anale kanker, zoals een bloeding, niet uit een ander gebied zoals het rectum of de dikke darm komt. Het kan ook worden gebruikt om cellen (een biopsie) uit het binnenste van deze gebieden te nemen.U krijgt medicijnen om slaperig te blijven of te slapen tijdens dit onderzoek.
Ultrasound: Voor dit onderzoek wordt een kleine dunne sonde in de anus en het rectum gebracht. Dit kan ongemakkelijk zijn, maar mag geen pijn doen. De sonde zendt geluidsgolven uit om beelden te maken van de binnenkant van het lichaam. Met dit onderzoek kan worden nagegaan hoe diep de kanker in de weefsels rond de anus is gegroeid.
CT-scan of CAT-scan: Een CT-scan is als een röntgenfoto, maar de foto’s van uw binnenste zijn gedetailleerder. CT-scans kunnen ook worden gebruikt om te helpen bij het nemen van een biopsie en kunnen aantonen of de kanker is uitgezaaid.
MRI-scan: Deze test maakt gebruik van radiogolven en sterke magneten in plaats van röntgenstralen om gedetailleerde foto’s te maken. Deze test kan worden gebruikt om de nabijgelegen lymfeklieren of de lever te controleren op kankeruitzaaiingen.
Röntgenfoto van de borstkas: Röntgenfoto’s kunnen worden gemaakt om te zien of de kanker is uitgezaaid naar de longen.
PET-scan: Bij een PET-scan wordt een speciaal soort suiker gebruikt dat met een speciale camera in uw lichaam kan worden gezien. Als er kanker is, is deze suiker te zien als “hot spots” waar de kanker is gevonden. Deze test kan helpen aantonen of de kanker is uitgezaaid. Soms wordt een PET-scan samen met een CT-scan gemaakt om kankergebieden beter te kunnen zien.
Anale biopsie
Bij een biopsie neemt de arts een klein stukje weefsel weg op de plaats waar de kanker lijkt te zitten. Het weefsel wordt gecontroleerd op kankercellen. Een biopsie is de enige manier om zeker te weten of u kanker hebt. Bij anale kanker wordt een biopsie meestal tijdens een endoscopie gedaan. Als de tumor heel klein is en zich alleen op de bekleding van de anus bevindt, kan de arts tijdens de biopsie misschien de hele tumor wegnemen.
Er zijn veel soorten biopsieën. Vraag uw arts welke soort u nodig zult hebben. Elk type heeft redenen voor en tegen het doen ervan. De keuze hangt af van uw eigen geval.
Vragen aan de arts
- Welke onderzoeken moet ik laten doen?
- Wie doet deze onderzoeken?
- Waar worden ze gedaan?
- Wie kan me er uitleg over geven?
- Hoe en wanneer krijg ik de uitslag?
- Wie legt mij de uitslag uit?
- Wat moet ik nu doen?
Hoe ernstig is mijn kanker?
Als u anale kanker heeft, wil de dokter weten hoe ver de kanker is uitgezaaid. Dit wordt stadiëring genoemd. Uw arts wil het stadium van uw kanker achterhalen om te kunnen beslissen welke behandeling voor u het beste is.
Het stadium beschrijft de groei of uitzaaiing van de kanker via de anus. Het vertelt ook of de kanker is uitgezaaid naar nabijgelegen organen of naar verder weg gelegen organen.
Uw kanker kan stadium 1, 2, 3 of 4 zijn. Hoe lager het getal, hoe minder de kanker is uitgezaaid. Een hoger getal, zoals stadium 4, betekent een ernstiger vorm van kanker die verder dan de anus is uitgezaaid. Vraag de dokter zeker naar het stadium van de kanker en wat het betekent.
Vragen aan de dokter
- Weet u het stadium van de kanker?
- Zo niet, hoe en wanneer komt u achter het stadium van de kanker?
- Wilt u mij uitleggen wat het stadium in mijn geval betekent?
- Baseert u op het stadium van de kanker, hoe lang denkt u dat ik nog te leven heb?
- Wat gaat er nu gebeuren?
Welke behandeling heb ik nodig?
Er zijn vele manieren om anale kanker te behandelen, waaronder chirurgie, bestraling, chemotherapie en immunotherapie.
Een operatie en bestraling worden gebruikt om alleen de kanker te behandelen. Ze hebben geen invloed op de rest van het lichaam. Chemo-medicijnen en immuuntherapie gaan door het hele lichaam. Ze kunnen de kankercellen bijna overal in het lichaam bereiken. Het behandelplan dat voor u het beste is, hangt af van:
- Het stadium van de kanker en waar deze in de anus is begonnen (anale kanaal of perianale gebied)
- De kans dat een soort behandeling zal helpen
- Uw leeftijd
- Andere gezondheid problemen die u heeft
- Uw gevoelens over de behandeling en de bijwerkingen die ermee gepaard kunnen gaan
operatie bij anale kanker
De meeste mensen met anale kanker hoeven niet geopereerd te worden. Als een operatie nodig is, hangt het soort operatie af van het soort tumor en waar deze zich bevindt.
Lokale resectie
Een lokale resectie kan worden gedaan als de kanker klein is en niet is uitgezaaid. Alleen de tumor en een klein randje weefsel eromheen worden weggenomen. In de meeste gevallen is de spier die de anus opent en sluit niet beschadigd. Als dat zo is, kunt u uw poep onder controle houden en uit de anus laten komen.
Abdominoperineale resectie (APR)
Abdominoperineale resectie wordt niet veel toegepast, maar het kan een optie zijn als andere behandelingen de kanker niet wegkrijgen.
Bij deze operatie maakt de arts 2 sneden: 1 door de buik en 1 rond de anus. Dan worden de anus en een deel van de endeldarm weggenomen, en soms worden ook de nabijgelegen lymfeklieren weggenomen. Na een APR heb je een opening in je onderbuik waar de poep uitkomt. (Dit heet een colostomie.)
Bijwerkingen van een operatie
Elke operatie kan risico’s en bijwerkingen hebben. Vraag de arts wat u kunt verwachten. Vraag hoe u zult poepen na de operatie. Als u problemen heeft, laat het uw arts weten. Zij moeten u kunnen helpen met eventuele problemen.
Bestralingsbehandelingen
Bestraling maakt gebruik van hoogenergetische stralen (zoals röntgenstraling) om kankercellen te doden. Bij anale kanker wordt bestraling meestal samen met chemotherapie gegeven. Bestraling kan ook worden gebruikt om symptomen zoals pijn, bloedingen of andere problemen te verlichten die optreden wanneer de anale kanker erg groot is geworden of is uitgezaaid naar andere gebieden zoals de botten. De bestraling wordt vaak gedurende vele weken in kleine doses per dag gegeven.
Er zijn 2 manieren waarop bestraling kan worden gegeven. Het wordt meestal op de anus gericht vanuit een machine buiten het lichaam. Dit wordt uitwendige bestraling genoemd. In sommige gevallen wordt een buisje met radioactieve zaadjes in de anus in de buurt van de kanker gebracht. Dit wordt brachytherapie genoemd.
Bijwerkingen van bestralingen
Als uw arts een bestralingsbehandeling voorstelt, vraag dan naar de mogelijke bijwerkingen. De meest voorkomende bijwerkingen van bestraling zijn:
- Veranderingen van de huid op de plaats waar de bestraling is gegeven
- Het gevoel erg moe te zijn (vermoeidheid)
- Darmbewegingen kunnen pijn doen
- Nausea
- Diarree
- Bij vrouwen kan de bestraling de vagina irriteren. Dit kan pijn doen en vaginale afscheiding veroorzaken.
De meeste bijwerkingen worden beter na afloop van de behandeling en veel bijwerkingen kunnen worden behandeld. Sommige kunnen langer aanhouden. Bespreek met uw kankerzorgteam wat u kunt verwachten.
Chemotherapie
Chemo is de afkorting van chemotherapie – het gebruik van medicijnen om kanker te bestrijden. De medicijnen kunnen in een ader worden toegediend of als pillen worden ingenomen. Deze medicijnen komen in het bloed terecht en verspreiden zich door het lichaam.
Chemo wordt in cycli of ronden gegeven. Elke behandelingsronde wordt gevolgd door een pauze om het lichaam de tijd te geven zich te herstellen. Meestal worden 2 of meer chemo-medicijnen gegeven. De behandeling duurt vaak vele maanden.
Chemo gegeven samen met bestralingstherapie is vaak de eerste behandeling voor de meeste anale vormen van kanker. Dit wordt chemoradiatie genoemd. Het kan de kanker genezen zonder operatie.
Bijwerkingen van chemo
Met chemo kunt u zich erg moe voelen, misselijk in uw maag, en uw haar kan uitvallen. Maar deze problemen gaan weg als de behandeling is afgelopen.
Er zijn manieren om de meeste bijwerkingen van chemo te behandelen. Als u bijwerkingen hebt, praat dan met uw kankerzorgteam zodat zij u kunnen helpen.
Immunotherapie
Immunotherapie is een behandeling die uw eigen immuunsysteem stimuleert om de anale kankercellen aan te vallen. Deze geneesmiddelen kunnen in een ader worden gegeven.
Bijwerkingen van immunotherapie
Immunotherapie kan verschillende bijwerkingen veroorzaken, afhankelijk van welk geneesmiddel wordt gebruikt. Deze geneesmiddelen kunnen ervoor zorgen dat u zich moe voelt, dat u misselijk wordt of dat u huiduitslag krijgt. De meeste van deze problemen gaan weg nadat de behandeling is afgelopen.
Er zijn manieren om de meeste bijwerkingen die door immunotherapie worden veroorzaakt te behandelen. Als u bijwerkingen hebt, praat dan met uw kankerzorgteam zodat zij u kunnen helpen.
Clinische trials
Clinische trials zijn onderzoeksstudies waarbij nieuwe geneesmiddelen of andere behandelingen bij mensen worden getest. Ze vergelijken standaardbehandelingen met andere die mogelijk beter zijn.
Clinische trials zijn een manier om de nieuwste kankerbehandeling te krijgen. Ze zijn de beste manier voor artsen om betere manieren te vinden om kanker te behandelen. Als uw arts er een kan vinden die het soort kanker bestudeert dat u hebt, is het aan u of u eraan wilt deelnemen. En als u zich aanmeldt voor een klinische trial, kunt u er altijd mee stoppen.
Als u meer wilt weten over klinische trials die geschikt voor u zouden kunnen zijn, vraag dan eerst aan uw arts of uw kliniek of ziekenhuis klinische trials uitvoert. Zie Klinische proeven voor meer informatie.
Hoe zit het met andere behandelingen waarover ik hoor?
Wanneer u kanker hebt, hoort u misschien over andere manieren om de kanker te behandelen of uw symptomen te bestrijden. Dit hoeven niet altijd standaard medische behandelingen te zijn. Deze behandelingen kunnen vitaminen, kruiden, speciale diëten en andere dingen zijn. Misschien vraagt u zich af hoe het met deze behandelingen zit.
Van sommige van deze behandelingen is bekend dat ze helpen, maar veel ervan zijn nog niet getest. Van sommige is aangetoond dat ze niet helpen. Van een paar is zelfs vastgesteld dat ze schadelijk zijn. Praat met uw arts over alles wat u overweegt te gebruiken, of het nu gaat om een vitamine, een dieet of iets anders.
Vragen aan de arts
- Welke behandeling denkt u dat het beste voor mij is?
- Wat is het doel van deze behandeling? Denkt u dat het de kanker kan genezen?
- Zal de behandeling een operatie omvatten? Zo ja, wie zal de operatie uitvoeren?
- Hoe zal de operatie eruit zien? Hoe zal ik poepen na de operatie?
- Wat is het doel van deze behandelingen?
- Welke bijwerkingen kan ik van deze behandelingen krijgen?
- Wat kan ik doen tegen bijwerkingen die ik zou kunnen krijgen?
- Is er een klinisch onderzoek dat geschikt voor mij zou kunnen zijn?
- Hoe zit het met speciale vitamines of diëten waar vrienden me over vertellen? Hoe weet ik of die veilig zijn?
- Hoe snel moet ik met de behandeling beginnen?
- Wat moet ik doen om klaar te zijn voor de behandeling?
- Is er iets wat ik kan doen om de behandeling beter te laten werken?
- Wat is de volgende stap?
Wenst u meer informatie over mogelijke bijwerkingen van de behandeling, bezoek dan Managing Cancer-related Side Effects.
Wat gebeurt er na de behandeling?
U zult blij zijn als de behandeling voorbij is. Nog jaren na het einde van de behandeling zult u uw oncoloog moeten bezoeken. Zorg ervoor dat u naar al deze vervolgbezoeken gaat. U krijgt onderzoeken, bloedtests en misschien andere tests om te zien of de kanker is teruggekomen.
Na de behandeling zijn vervolgbezoeken aan de arts minstens drie jaar lang elke 3 tot 6 maanden nodig. Na ongeveer 3 jaar zullen ze minder vaak nodig zijn. Tijdens deze bezoeken zal uw arts vragen stellen over eventuele symptomen die u hebt en een lichamelijk onderzoek doen. Er kan bloedonderzoek, rectaal onderzoek, een anoscopie en beeldvormend onderzoek (zoals een CT-scan) worden gedaan.
Het hebben van kanker en het omgaan met de behandeling kan moeilijk zijn, maar het kan ook een moment zijn om op nieuwe manieren naar uw leven te kijken. Misschien denkt u na over hoe u uw gezondheid kunt verbeteren. Bel ons op 1-800-227-2345 of praat met uw kankerzorgteam om uit te vinden wat u kunt doen om u beter te voelen.
Het feit dat u kanker hebt, kunt u niet veranderen. Wat u wel kunt veranderen, is hoe u de rest van uw leven leeft – door gezonde keuzes te maken en u zo goed mogelijk te voelen.