Sundiata Keita
Sundiata, of Sun Djata, was in de Tarikhs (Moslimkronieken) ook bekend als Mari Djata. Keita is een veel gebruikte familienaam. Hij is voor de West-Afrikaanse geschiedenis wat Koning Arthur is voor de Engelse geschiedenis, in die zin dat beide populaire figuren zijn over wie zeer weinig met zekerheid bekend is. De meeste kennis over beiden is mondeling tot ons gekomen via door de eeuwen heen doorgegeven tradities. Moslim kroniekschrijvers schreven zeer weinig over Sundiata omdat hij geen vrome Moslim was. Veel van wat geschreven is, kan met enige scepsis worden bekeken omdat het erg moeilijk is om in zulke oude mondelinge overleveringen feit en legende van elkaar te scheiden. We kunnen er echter zeker van zijn dat hij een echte historische figuur was.
Sundiata was de zoon van Maghan Kon Fatta, heerser van het kleine Malinke koninkrijk Kangaba, gelegen aan de rivier de Niger op korte afstand ten zuidwesten van Bamako, de hoofdstad van het moderne Mali. Sundiata was gehandicapt vanaf zijn geboorte, en zijn levensverhaal volgt het universele thema van het overwinnen van extreme tegenspoed door een cultuurheld om grootheid te bereiken.
Omstreeks 1224 veroverde het Susu volk in het noorden Kangaba in een golf van expansie onder hun tovenaar-koning, Sumanguru Kante. Er zijn verschillende tradities over Sundiata’s ervaringen in deze tijd. Volgens een eigentijdse versie gingen hij en zijn moeder rond 1220 vrijwillig in ballingschap uit Kangaba om het risico van een moordaanslag door zijn jaloerse halfbroer, Kankaran Tuman, die rond 1218 koning was geworden, te vermijden. Kankaran onderwierp zich vervolgens gedwee aan de Susu heerschappij, en later werd Sundiata teruggeroepen door zijn volk om hen te bevrijden van deze buitenlandse tirannie.
In een versie die in de Tarikh al-Sudan in de 16e eeuw werd geschreven, veroverde Sumanguru Kante eerst Sundiata’s vader en doodde vervolgens 11 van de 12 zonen van de koning, waarbij alleen de gehandicapte Sundiata gespaard bleef. Sundiata ging vervolgens in ballingschap, om later als bevrijder terug te keren.
In beide gevallen stelde Sundiata rond 1230 een troepenmacht samen in het hoge noorden en rukte langzaam op naar het zuiden, waarbij hij zijn troepensterkte vergrootte met opeenvolgende overwinningen op Susu provincies. In 1234 was hij klaar om het op te nemen tegen het belangrijkste Susu leger, dat hij ontmoette en versloeg in de epische slag bij Kirina ten noordoosten van Kangaba. Deze overwinning is duidelijk de belangrijkste gebeurtenis in zijn leven en markeert het begin van het keizerrijk Mali. Voordat hij zich rond 1240 terugtrok uit de actieve leiding van zijn legers, breidden Sundiata en zijn generaals het nieuwe rijk in alle richtingen uit, waarbij zelfs het voorheen grote Ghanese rijk en de nog niet veroverde goudvelden in de vallei van de Senegal rivier werden opgenomen.
We weten dat Sundiata ongeveer 25 jaar regeerde, maar er is weinig bekend over zijn latere leven. Hij stierf rond 1260, blijkbaar als slachtoffer van een ongeluk in zijn hoofdstad.