Ierse spreekwoorden en citaten
Hier vindt u meer dan 300 Ierse spreekwoorden, citaten, toasts, zegeningen, en diverse andere citaten over Ierland en het Ierse volk. Voor meer geschiedenis, zie Ierse geschiedenis.
Het probleem met Ierland is dat het een land vol genialiteit is, maar met absoluut geen talent.
But the greatest love — the love above all loves,
Even greater than that of a mother…
Is the tender, passionate, undying love,
Of one beer drunken slob for another.
Moge de weg zich verheffen om je te ontmoeten.
Moge de wind je altijd in de rug zijn.
Moge de zon warm op je gezicht schijnen.
En de regen zacht op je velden vallen.
En tot we elkaar weerzien,
Moge God je vasthouden in de holte van Zijn hand.
Heilige Moeder neem de schade van de jaren van je weg.
Gezondheid en een lang leven toegewenst.
Grond zonder pacht toegewenst.
Elk jaar een kind toegewenst.
En als je niet naar de hemel kunt,
moge je dan tenminste in Ierland sterven.
Mag God je nog vele jaren geven,
Want Hij moet wel weten
De aarde heeft engelen te weinig
En de hemel is overvol.
Moge het dak boven ons nooit instorten.
En mogen de vrienden die eronder verzameld zijn er nooit uitvallen.
Moge de treurigste dag van je toekomst niet erger zijn dan de gelukkigste dag van je verleden.
Moge je warme woorden hebben op een koude avond,
Een volle maan op een donkere nacht,
En de weg bergafwaarts helemaal tot aan je deur.
Moge je leven zo lang als je wilt,
En nooit willen zolang je leeft.
Moge je leven honderd jaar worden,
Met een extra jaar om berouw te tonen!
Moge uw zakken zwaar zijn en uw hart licht,
Moge geluk u elke morgen en nacht achtervolgen.
Muren voor de wind,
En een dak voor de regen,
En drankjes bij het vuur —
Een dochter om je op te beuren
En degenen die je liefhebt in je nabijheid,
En alles wat je hartje begeert!
Zalig u en de uwen
Zo goed als het huisje waarin u woont.
Moge het dak boven goed rieten zijn
En de mensen binnen goed op elkaar zijn afgestemd.
Mogen zij die van ons houden ons liefhebben.
En zij die niet van ons houden,
Moge God hun harten keren.
En als Hij hun harten niet omkeert,
moge Hij hun enkels omkeren,
zodat we ze kennen aan hun mankheid.
Moge de vloek van Mary Malone en haar negen blinde buitenechtelijke kinderen je zo ver over de heuvels der Verdoemenis achtervolgen dat de Heer zelf je met geen telescoop meer kan vinden.
De toekomst staat niet vast, er is geen lot dan wat we voor onszelf maken.
Twee verkorten de weg.
Gods hulp is dichterbij dan de deur.
Prijs het kind en je prijst de moeder.
De beste vriend van een jongen is zijn moeder en er is geen spankel sterker dan haar schortentouw.
Moeders houden de hand van hun kinderen maar heel even vast…
En hun hart voor altijd.
Het is het goede paard dat zijn eigen kar trekt.
Het is gemakkelijk om de aardappel te halveren waar liefde is.
Een kerstwens — moge je nooit vergeten wat de moeite waard is om te onthouden, of onthouden wat het beste vergeten kan worden.
Je voeten zullen je brengen waar je hart is.
Denk er altijd aan om te vergeten
De vrienden die niet waar bleken te zijn.
Maar vergeet nooit om te onthouden
Diegenen die je bijgebleven zijn.
Twintig jaar een kind; twintig jaar op hol geslagen; twintig jaar een volwassen man — en daarna, bidden.
Nu ligt het oude Ierland lieflijk
Emerald groen achter het schuim,
Wekt zoete herinneringen,
Roept het hart terug naar huis.
‘Tis better to buy a small bouquet
And give to your friend this very day,
Dan a bushel of roses white and red
To lay on his coffin after he’s dead.
Humor voor een man is als een donzen kussen.
Het is gevuld met wat gemakkelijk te krijgen is
maar geeft veel troost.
Menig Iers bezit werd vergroot door het kant van de petticoat van een dochter.
Een wilde gans heeft nooit een tamme ganzenjong grootgebracht.
Als je met de honden gaat liggen, sta je op met de vlooien.
Voor de raaf is haar eigen kuiken wit.
Huw een bergmeisje
en je trouwt met de hele berg.
Zoals je door het leven zwerft, wat je doel ook is;
Houd je oog op de donut, en niet op het gat.
Neem er geen aanstoot aan om oud te worden. Velen wordt het voorrecht ontzegd.
God is goed, maar dans nooit in een klein bootje.
Het leven is als een kopje thee,
het gaat erom hoe je het maakt
Een drankje gaat vooraf aan een verhaal.
Het oog van een vriend is een goede spiegel.
Een kip is zwaar als ze ver gedragen wordt.
Het voedsel van een jachthond zit in zijn poten.
Een licht hart leeft lang.
Een beetje verwantschap is beter dan veel liefdadigheid.
Een slot is beter dan achterdocht.
Een stuiver krijgt nog een stuiver.
De inkt van een geleerde gaat langer mee dan het bloed van een martelaar.
Een schip is vaak gezonken naast de haven.
Een zwijgende mond is welluidend.
Een vak dat niet goed geleerd is, is een vijand.
Een forel in de pot is beter dan een zalm in de zee.
Een oplettende ketel kookt nooit.
Een winderige dag is geen dag om te rieten.
Een woord is duurzamer dan wereldse rijkdom.
Leeftijd is eervol en jeugd is nobel.
Een lege zak blijft niet staan.
Een Ier heeft nooit vrede, behalve als hij vecht.
Een Ier is nooit dronken zolang hij zich aan één grassprietje kan vasthouden en niet van de aardbodem valt.
Een oude bezem kent de vuile hoekjes het beste.
Zo de grote jachthond is, zo zal de pup zijn.
Zo de oude haan kraait zo leert de jonge haan.
Zo erg als ik u mag, het is nog erger zonder u.
Ben noch intiem noch afstandelijk met de geestelijkheid.
Beter ruzie maken dan eenzaam zijn.
Zowel je vriend als je vijand denken dat je nooit zult sterven.
Broken Iers is beter dan slim Engels.
Verre heuvels zien er groen uit.
Verwissel de baard van een geit niet met de staart van een mooie hengst.
Drinken is de vloek van het land. Het doet je vechten met je buurman. Het doet je schieten op je huisbaas, en het doet je hem missen.
Zelfs een kleine doorn veroorzaakt ettering.
Elke patiënt is een dokter naar zijn genezing.
Elke terriër is brutaal in de deuropening van zijn eigen huis.
Elk getij heeft een eb, behalve het getij der genaden.
Iedereen is wijs tot hij spreekt.
Kijk de zon tegemoet, maar keer de storm de rug toe.
Het vuur zal je geen mooie verhalen laten lezen, maar het zal je verwarmen en je zult het stof op de vloer niet zien.
Voedsel is een goed werkpaard.
God maakte de tijd, maar de mens maakte haast.
Goed als drank is, het eindigt in dorst.
Heb een mond van klimop en een hart van hulst.
Hij die met een verhaal bij u komt, brengt er twee van u weg.
Hij die naam krijgt door vroeg op te staan, kan tot ’s middags in bed blijven liggen.
Hij zou je een ei aanbieden als je beloofde de schaal niet te breken.
Hooping to recoup ruïneert de gokker.
Als je niet zaait in de lente, zul je niet oogsten in de herfst.
Als je bekritiseerd wilt worden, trouw dan.
Instinct is sterker dan opvoeding.
Het is een slechte kip die zichzelf niet krabt.
Het is een lange weg die geen draaien kent.
Het is beter een minuut een lafaard te zijn dan de rest van je leven dood te zijn.
Het is beter onbekend te bestaan voor de wet.
Het is geen geheim als het aan drie mensen bekend is.
Het is vaak dat iemands mond zijn neus heeft gebroken.
Het is zoet om te drinken maar bitter om te betalen.
Het zijn de stille varkens die de maaltijd eten.
Het is voor haar eigen bestwil dat de kat spint.
Het heeft geen zin om je kool twee keer te koken.
Het heeft geen zin een paraplu bij zich te hebben als je schoenen lekken.
Het is geen kwestie van hogere en lagere klasse, maar van een tijdje op zijn en een tijdje neer zijn.
Het zijn de doven die de leugens creëren.
Gebrek aan middelen heeft al menigeen opgehangen.
Laat je koopje bij je doel passen.
Luister naar het geluid van de rivier en je zult een forel krijgen.
Houd van alle mensen — behalve van advocaten.
Maak de omheining of je zult de plundering betalen.
Moge je een mooie toekomst hebben — zoals de schoorsteenveger tegen zijn zoon zei.
Minder woorden voeden de broeders niet.
Natuur breekt door de ogen van de kat.
Nood leert een plan.
Geef geen kersen aan varkens en geef geen raad aan een dwaas.
Geduld is een kompres voor alle wonden.
Mensen leven in elkaars schuilplaats.
Prijst het rijpe veld, niet het groene koren.
Zijde op een geit, en het is nog steeds een geit.
Lieve mensen kunnen goed voor zichzelf zorgen.
Snuffelen op een wake is prima als er niemand over de snuifdoos niest.
Zachte woorden boteren geen pastinaken, maar ze zullen het hart van een kool ook niet harden.
Het begin en het einde van iemands leven is dichter bij het vuur te komen.
De beste manier om trouw in het hart van een man te bewaren, is geld in zijn beurs te houden.
De dag zal komen dat de koe haar staart zal kunnen gebruiken.
De zwaarste graankorrel buigt zijn kop het laagst.
Het gat is eerwaardiger dan de lap.
Het lichte hart leeft lang.
De langste weg naar buiten is de kortste weg naar huis.
De man met de laarzen let niet op waar hij zijn voet neerzet.
De molens van God malen langzaam maar ze malen fijn.
De oude pijp geeft de zoetste rook.
Hoe ouder de viool, hoe zoeter de melodie.
Het haveloze veulen maakte vaak een krachtig paard.
Het kleinste ding overleeft de mens.
De dief is geen bedreiging voor de bedelaar.
De drie scherpste dingen in de wereld: een doorn in de modder, een henneptouw, het woord van een dwaas.
De vermoeidheid gaat weg, maar de winst blijft.
Het verraad keert terug naar de verrader.
De drager weet het beste waar de schoen wringt.
De weldoorvoede begrijpt de magere niet.
Het werk prijst de man.
De wereld zou van een ezel geen renpaard maken.
Elk verhaal kent twee vertellingen.
Er is hoop vanuit de zee, maar geen vanuit het graf.
Er is geen haardvuur als je eigen haardvuur.
Er is geen geluk dan waar discipline is.
Er is geen nood als het gemis van een vriend.
Er is geen wijs man zonder fouten.
Er is vaak de blik van een engel op de duivel zelf.
Er zit vaak een zwart schaap in zelfs de witste kudde.
Het is niet nodig de wind te vrezen als je hooibergen vastgebonden zijn.
Een verhaal zonder auteur heeft geen waarde.
Dorst is het einde van drinken en verdriet is het einde van dronkenschap.
Drie ziekten zonder schaamte: Liefde, jeuk en dorst.
De tijd is een goede verteller.
Twintig jaar een kind;
twintig jaar op hol geslagen;
twintig jaar een volwassen man,
en daarna, biddend.
Twee mensen zien iets wat een enkeling niet ziet.
Twee derde van het werk is de schijn.
Loop recht, mijn zoon — zoals de oude krab tegen de jonge krab zei.
Wat boter en whisky niet genezen, daar is geen genezing voor.
Wat het oog vervult, vervult het hart.
Wanneer een twijg hard wordt, is het moeilijk hem te draaien. Elk begin is zwak.
Wanneer vuur op een steen wordt toegepast, scheurt hij.
Wanneer de appel rijp is zal hij vallen.
Wanneer de kat buiten is, danst de muis wel.
Wanneer de druppel binnen is, is de zin buiten.
Wanneer de drank op was, was de lol eraf.
U kunt geen zijden tasje maken van een zeugenoor.
Je moet met een persoon leven om een persoon te leren kennen. Als je mij wilt leren kennen, kom dan bij me wonen.
Je zult nooit een veld ploegen door het in je hoofd om te keren.
Je zult geen lijster vinden in het nest van een havik.
Jouw vriend en je vijand denken dat je nooit zult sterven.
Jouw zoon is vandaag je zoon, maar je dochter is voor altijd je dochter.